Duitsland investeert 500 miljoen in onderzoek naar PAIS

Postinfectieuze ziekten (PAIS) zoals ME/CVS en long covid zijn heel zwaar voor patiënten en hun families. Goede behandelingen zijn er nog niet. Daarom start de Duitse minister Dorothee Bär samen met andere organisaties het Nationale Decennium tegen Postinfectieuze Ziekten. Het doel is om de oorzaken beter te begrijpen en nieuwe behandelingen te vinden.

Het Nationale Decennium tegen Postinfectieuze Ziekten loopt van 2026 tot 2036. Er komt in totaal 500 miljoen euro beschikbaar voor onderzoek. Na de vergadering van de begrotingscommissie op 13 november 2025 zei minister Bär: “Met dit Nationale Decennium beginnen we een nieuw hoofdstuk in het onderzoek. We hebben een langetermijnstrategie nodig om de oorzaken en processen van deze ziekten te begrijpen en de zorg voor patiënten blijvend te verbeteren.”

De minister benadrukte hoe dringend dit nodig is: “Uit veel gesprekken weet ik hoe zwaar deze ziekten zijn voor patiënten en hun naasten. Er is veel onderzoek nodig: voor ME/CVS en postvirale auto-immuunziekten bestaan nog steeds geen eenvoudige oplossingen of behandelingen. Wetenschappelijke studies laten zien hoe ingewikkeld deze ziekten zijn.”

Mijlpaal voor patiënten

Wereldwijd bestaan er nog geen bewezen effectieve behandelingen die postinfectieuze ziekten echt genezen. De huidige zorg richt zich vooral op symptoombestrijding. Het begrijpen van de ziekteprocessen is de sleutel. Alleen als duidelijk wordt wat precies de oorzaken en biologische processen zijn, kunnen nieuwe manieren voor diagnose en behandeling worden ontwikkeld. Met het Nationale Decennium wordt het onderzoek uitgebreid en voor lange tijd vastgelegd – een belangrijke stap in de strijd tegen postinfectieuze ziekten.

Duitsland geeft daarmee een mooi voorbeeld van hoe het ook kan: een strategie voor de lange termijn, structurele financiering en zekerheid voor onderzoekers en patiënten.

Het Duitstalige artikel lees je op de website van das BMFTR.

Bron: BMFTR (Duitse Ministerie voor Onderzoek, Technologie en Ruimtevaart)
Afbeelding: Pixabay/Tumisu